Centraal-Aziatische Ovtcharka
FCI Groep 02 Pinschers, Schnauzers, Molossers en Zwitserse Sennenhonden
Rasstandaard
FCI nummer 335
Sectie
2.2
Herkomst
Kuddebewaker uit Centraal-Azië.
Algemeen voorkomen
Groot, iets langer dan hoog. Massief gebouwd met een krachtige voorkomen bespiering. De huid is dik en elastisch, rond de nek vormen zich meestal huidplooien (wam).
Schofthoogte
reuen minimaal 65 cm, teven minimaal 60 cm, er is geen maximum hoogte.
Gewicht
vanaf ongeveer 50 kg
Vacht
Grof en recht met dicht onderhaar. Twee vachtlengten: een lange van circa 7-8 cm; een korte van circa 3-5 cm. Wit, zwart, grijs, strokleurig, rood of bruin; getijgerd, gevlekt of gespikkeld.
Gebruik
Beschermer van de kudde tegen twee- en vierbenige indringers. Heeft een zeer consequente opvoeding nodig. Geen hond voor beginners.
Gezondheid
Heupdysplasie en entropion.
Aard
Zelfverzekerd, kalm, zeer waakzaam, terughoudend tegenover vreemden, zelfstandig, moedig en zeer dominant.
Bijzonderheden
De vacht vraagt weinig onderhoud, zo af en toe een keer kammen en borstelen. Deze honden hebben ruimte nodig, zijn niet geschikt voor het houden in appartementen of kleine tuintjes.
Deel deze pagina